Als je vandaag de dag een willekeurige voorbijganger op straat vraagt naar wat ‘vrede’ nu eigenlijk is, dan zal hij of zij het waarschijnlijk definiëren in termen van oorlog en geweld… En vrede is dan vaak de afwezigheid daarvan.
Vrede als een wapenstilstand tussen twee naties, of een niet-aanvalsverdrag. De keiharde realiteit van voortdurend geweld vormt de basis voor iedere gedachte over vrede. Strijd is de gewone gang van zaken, het normale.
Toch zijn er ook in de bijbel hele vroege sporen van geweldloosheid, of afkeer van geweld: ‘Niet door jouw boog, niet door jouw zwaard…’* Maar daar wordt een prijs voor betaald. Een prijs die wij modernen niet ten volle beseffen. En als we ons realiseren wat die prijs is, willen we dan nog vrede? Zijn we bereid die prijs te betalen?
niet door jouw boog, niet door jouw zwaard
Het godsvolk stelde nooit veel voor als militaire macht. Te klein, te weinig georganiseerd, te zwak. Te onbetekenend. De kleine onmacht van het godsvolk schrééuwt om een God die groter en sterker is dan wie ook. En dan niet zo maar een god, maar een God die voor hen strijdt, met alle middelen die Hij heeft: bergen, rivieren, zeeën, donder, bliksem, storm, sterren, maan, zon… De hele schepping wordt ingezet als God strijdt. Zo blijft een klein volk overeind in een gewelddadige wereld. Ze vechten niet zelf. God strijdt voor hen. En hoe kleiner zij zijn, hoe groter hun God moet zijn. En omgekeerd: hoe groter hun onmacht, hoe groter ook de macht van hun God als Hij ze redt, ondanks alles.
En zo is oorlog en geweld in de bijbel vooral een zaak van God. Hij moet wel. En het volk ook. Hij moet hen redden, anders verliest Hij gezicht ten opzichte van de andere goden. Anders wordt er getwijfeld aan zijn macht en kracht. En zij moeten klein en onbetekenend zijn en blijven. Anders kan Hij zijn macht niet voldoende tonen. Oh, en trouw. Ze moeten trouw zijn. Trouw zijn, en een God hebben die voor je strijdt. Dat is de prijs die je betaalt. Voor wat?
hoe groter hun onmacht, hoe groter de macht van hun God
Niet voor vrede, niet zoals wij die kennen. De bijbel heeft het over rust. Rust voor het land.** Rust van de vijanden rondom, want die heeft God voor je vernietigd.*** Rust heeft iets tijdelijks. Rust is voor nu. Voor even. Voor zolang als jouw trouw duurt. Rust. Geen vrede.
Niet zelf afgedwongen, maar door God bevochten. En dan nog niet meer dan een adempauze. Dat maakt nederig. Dat laat zien hoe klein en onmachtig de mens is. Want pas als het geweld er even niet is merk je hoe alomvattend dat is. Als het geraas verdwijnt, de onderdrukking stopt, het geweld stilvalt. Rust. Een onderbreking, meer niet. Straks gaat het weer verder, onherroepelijk.**** Want zo is de normale gang van zaken.
Of je het nu vrede of rust noemt: de afwezigheid van geweld is in de bijbel een zwaarbevochten godsgeschenk. Niet minder.
* Joz. 24:12, Psalm 44:7
** Joz. 11:23b bijvoorbeeld
*** Dat deed hij voor David, Salomo, Asa, etc.
**** Denk aan het boek Richteren, waar iedere episode wordt afgesloten met ‘en het land had rust van de strijd’
Tekst: Wieteke van der Molen
Beeld: Priscilla Du Preez